Speler zal vaker de bal doorspelen, minder kans dat de speler de bal blijft vasthouden of snel op doel schiet, krijgt een kleine overspeelbonus.

Aanvallers kunnen scoren als overspelen gebruiken, middenvelders overspelen als scoren, en verdedigers duelleren als overspelen. Een speler krijgt 0.15 balletje straf op de hoofd vaardigheid of 0.3 balletje straf als de vaardigheid voor de alternatieve toepassing gebruikt wordt.

Speler krijgt 0,5 balletje overspeelbonus; andere spelers zullen vaker naar hem spelen. Hij zal de bal sneller doorspelen naar een medespeler.

Heeft een grotere kans om een voorzet of een schot op doel te onderscheppen als hij in hetzelfde vak als de schutter staat, maar wel buiten het strafschopgebied, of bij hoekschoppen overal.

Speler krijgt 1 balletje snelheidsbonus aan de bal.

De speler krijgt 2 balletjes snelheidsbonus wanneer hij naar het gebied met de bal beweegt.

Speler begaat minder overtredingen en krijgt minder gele en rode kaarten.