Wedstrijden en strategie: Opstellingsposities

Hoe een speler zich gedraagt in een wedstrijd hangt voor een groot deel af van de positie waar je hem opstelt.

Doelmannen (GK)

De doelman blijft meestal gewoon in zijn doel staan. Hij loopt wel regelmatig het strafschopgebied in als hij de bal heeft om hem verder het veld in te kunnen spelen. Hij zou ook tackles kunnen proberen om ballen te veroveren maar dit zal niet vaak gebeuren.

Centrale verdedigers (CB/DCB)

Centrale verdedigers zijn de laatste spelers tussen jouw keeper en de aanvallers van de tegenstander. Ze zullen meestal naar het strafschopgebied gaan als de tegenstander aan het aanvallen is om schoten tegen te kunnen houden. Ze zullen vaak de bal afpakken van tegenstanders met hun duelleervaardigheid.

Bij een aanval zullen centrale verdedigers (CB) verder naar voren durven gaan dan laatste mannen (DCB). Die laatste zullen ook nooit meegaan naar voren bij een hoekschop, terwijl centrale verdedigers dat wel kunnen doen.

Deze verdedigers hebben 1.5 bal bonus op scoring. Bij hoekschoppen kan dit erg interessant zijn.

Centrale verdedigers hebben veel aan hun blokkeren en duelleren. Ze zullen de meeste aanvallen van de tegenstander op moeten vangen, dus hier zul je je beste verdedigers op willen stellen.

Vleugelverdedigers (LB/RB/LWB/RWB)

Vleugelverdedigers zijn verantwoordelijk voor het verdedigen op een van de flanken. Ze helpen ook in de aanval door ballen te veroveren van de tegenstander en deze naar voren te brengen. LWB en RWB zijn aanvallender ingesteld dan LB en RB en zullen verder naar voren lopen met de bal.

LB en RB spelers krijgen ook 1.5 balletje scoringsbonus, LWB en RWB krijgen daar de helft van.

Deze spelers hebben goede duelleervaardigheden nodig, maar hebben ook veel aan taktiek (om naar het midden te gaan wanneer dat nodig is). LWB en RWB komen regelmatig in posities waarin ze assists zouden kunnen geven en hebben daarom ook wat aan overspelen.

Libero (SW)

De libero, is de laatste verdediger als de tegenstander aanvalt. Bij balbezit heeft hij een vrijere rol en kan tot in het strafschopgebied van de tegenstander oprukken.

Libero's hebben een scoringsbonus van 1 balletje. Een laatste man kan een erg waardevolle speler zijn, maar alleen een speciaal type speler kan deze rol goed invullen.

Verdedigende middenvelder (DM)

Van alle middenvelders zal de verdedigende middenvelder het vaakst proberen om de bal af te pakken. Andere middenveldrollen zullen minder druk zetten, maar de verdedigende middenvelder heeft als taak om aanvallen al op het middenveld tegen te houden en zo snel mogelijk weer om te schakelen naar een aanval.

Deze spelers hebben veel balletjes duelleren en overspelen nodig om ballen af te pakken en ze door te geven naar voren. Ze komen ook vaak in de gelegenheid om assists te geven.

Middenvelders (CM, LM, RM, AM, RAM, LAM)

Middenvelders zijn de verbinding tussen je verdediging en aanval. Aangezien de kans dat een pass slaagt afhangt van de hoogste overspeelvaardigheid van de aangever en de ontvanger kan een goede middenvelder zowel ballen van verdedigers ontvangen als ze aangeven aan aanvallers. Aanvallende middenvelders zullen minder aandacht besteden aan het afpakken van ballen en verder naar voren blijven als de tegenstander de bal heeft.

Overspelen is erg belangrijk voor deze spelers. Alle andere vaardigheden kunnen in deze posities ook gebruikt worden. Blokkeren om passes te onderscheppen, duelleren om ballen te veroveren, scoren om te profiteren tegen zwakke verdedigingen en taktiek om de tegenstander te slim af te zijn bij het bewegen.

Aanvallers (S/LF/RF)

Aanvallers moeten doelpunten maken. Ze zullen niet vaak proberen om ballen af te pakken en blijven meestal op de helft van de tegenstander, zelfs als de tegenstander de bal heeft.

De linker- en rechter-forwards zullen vaker afstandsschoten kunnen proberen, vooral tegen teams met zwakke vleugelverdedigers. In deze situatie hebben ze een voordeel als ze veel balletjes "kracht" hebben.

Aanvallers hebben scoring nodig, veel scoring. Ze kunnen duelleren ook gebruiken om verdedigers af te leiden en andere spitsen een kans te geven om te scoren. Ze kunnen ook overspelen gebruiken zodat ze ook de optie krijgen om assists te geven.

Meerdere doelpunten, scoringsstraf

Een speler die in een wedstrijd gescoord heeft krijgt 0.5 balletje straf op zijn scoringsvaardigheid. Het tweede doelpunt geeft nog 1 balletje mindering. Het derde doelpunt 1.5 balletje enz. Zo wordt het steeds moeilijker voor een spits om veel doelpunten te maken.

Een soortgelijke penalty krijgt een middenvelder na het geven van een assist. Deze verlaging is echter half zo groot als de verlaging bij scoren.

Willekeurige afwijkingen

Je zal wellicht merken dat je spelers zich niet altijd strict aan hun orders houden. Hier kunnen verschillende redenen voor zijn.

Een speler die het attribuut "zwerver" heeft zal vaak zijn aangewezen positie verlaten. Hij zal in zijn positie terugkeren bij standaardstituaties (hoekschoppen, vrije trappen) of wanneer het spel verder gaat na een doelpunt. "Zwerver" heeft geen effect op doelmannen.

Spelers met lage taktiek zijn ook minder goed in het volgen van orders. Ze zullen vaak onverwacht gedrag vertonen. Deze spelers zullen ook vaker slechte beslissingen maken bij het beslissen naar wie ze de bal overspelen.